Vanaf najaar 2020 geen vliegreizen meer naar Parijs

Rijswijk, 10 september 2019 - Vanaf najaar 2020 biedt TUI Nederland geen vliegreizen naar Parijs meer aan. Wie een city-trip boekt met vervoer inbegrepen, zal alleen nog per trein kunnen reizen. Hiermee wil TUI laten zien dat het haar menens is voor wat betreft het beperken van CO2 uitstoot. 

Elke dag vertrekken er vanaf Nederlandse luchthavens honderden vluchten naar bestemmingen die binnen een straal van 700 kilometer liggen. Voor die bestemmingen zijn er duurzamer alternatieven. Zo is met de trein reizen voor deze afstanden een schoner alternatief met minder CO2 uitstoot per reiziger. 

Arjan Kers, General Manager van TUI Nederland: “Wij willen onze reizigers zo comfortabel mogelijk naar hun bestemming vervoeren. Voor veel vakantiebestemmingen is dat het vliegtuig, maar voor een aantal dichterbij gelegen bestemmingen is de trein een goed alternatief en bovendien een alternatief dat minder belastend is voor het milieu. TUI voelt zich verantwoordelijk voor en betrokken bij de stappen die de reisbranche en luchtvaartsector moeten zetten om een steentje bij te dragen aan het verminderen van CO2-uitstoot. Dat doen we door binnen onze eigen airline TUI fly te kiezen voor de schoonste vliegtuigen. En door op de korte afstand naar Parijs geen vliegreizen vanuit Nederland meer aan te bieden, maar alleen vervoer per trein, naast autovakanties. Niet alleen woorden, maar ook daden". 

Parijs is niet de enige bestemming die TUI Nederland aanbiedt binnen een straal van 700 km. Met het stoppen van het aanbieden van vliegreizen naar Parijs, laat TUI zien dat ze daadwerkelijk wil bijdragen aan duurzaam vervoer. Ook voor steden als Londen en Berlijn kan het spoor voorrang krijgen, zodra het reizen per trein een aantrekkelijk alternatief is.

Arjan Kers: “Wij beseffen dat niemand er in zijn eentje voor kan zorgen dat reizen milieuvriendelijker wordt. We moeten er allemaal achter staan: reisorganisaties, luchtvaartmaatschappijen, de reiziger zelf en ook de politiek. Om dit ook op andere korte afstanden in beweging te zetten, moet er flink geïnvesteerd worden in snellere, betere en goedkopere verbindingen op het spoor. Wij zetten vandaag graag deze eerste stap en hopen dat anderen - bedrijven maar ook de overheid - zullen volgen.”